9.3 Eisen aan doelen

Boeken vol zijn er geschreven over het stellen van doelen. Soms vullen de benaderingen elkaar aan, soms staan ze haaks op elkaar. Om hier wegwijs in te worden hebben we we vier methoden vergeleken: SMART, RUMBA, Locke's Goal-Setting Theory en Seven ways games reward the brain. Meer methoden met elkaar vergelijken kan, maar voegt geen extra inzicht toe.

SMART

De bedenker van SMART, George Doran, maakt verschil tussen goals and objectives.9-5Doran, G. T. (1981). There's a S.M.A.R.T. way to write management's goals and objectives. Management Review. 70 (11): 35–36. Te lezen op: https://community.mis.temple.edu/mis0855002fall2015/files/2015/10/S.M.A.R.T-Way-Management-Review.pdf Goals zijn permanente doelen op lange termijn, zoals “we gedragen ons eerlijk en rechtvaardig”. Objectives zijn meetbare doelen in een tijdvak, zoals begin volgend jaar is de voorraadhoogte maximaal een miljoen euro. De bedrijfsleiding formuleert idealiter heldere objectives voor medewerkers in SMART-termen:

(Een vertaling naar het Nederlands geeft net andere betekenissen. Dit doet afbreuk aan basisgedachte. Daarom zijn de termen niet vertaald.)

  • Specific – target a specific area for improvement.
  • Measurable – quantify or at least suggest an indicator of progress.
  • Assignable – specify who will do it.
  • Realistic – state what results can realistically be achieved, given available resources.
  • Time-related – specify when the result(s) can be achieved.

Anderen zijn aan de haal gegaan met dit heldere gedachtegoed en hebben hun eigen versie gemaakt. In Tabel 9.1: Varianten van smart zijn enkele varianten samengevat. In vet staat de oorspronkelijke definitie.

Tabel 9.1: Varianten van smart
Letter  Most common Alternative
S Specific Strategic
M Measurable Motivating
A Achievable or attainable Assignable, Agreed action-oriented, ambitious, aligned with corporate goals, (agreed, attainable and achievable)
R Relevant Realistic, resourced, reasonable, (realistic and resourced), results-based
T Time-bound or time-limited. Traceable, time-based, time-related, time-oriented, time/cost limited, timely, time-sensitive, time frame, testable

De nieuwe auteurs pakken de basisgedachte op, bedenken een ander doel en formuleren hun eigen versie met beter passende termen. Vervolgens presenteren ze het geheel als een verbetering, zonder dat ze uitdrukkelijk formuleren dat ze een ander doel als uitgangspunt nemen.

RUMBA

Het RUMBA-principe is een methode voor het eenvoudig en eenduidig opstellen en controleren van doelstellingen.9-6Drs. J Kedzierski en Ir. M. Vlemmix (1995) Kwaliteit en Beheer, instrumenten voor manager in de zorg, Houten De letters staan voor:

  • Relevant; is de doelstelling gericht op een specifiek onderwerp?
  • Understandable; is de doelstelling voor alle betrokkenen te snappen en leggen ze het op dezelfde manier uit?
  • Measurable; kunnen we meten dat we de doelstelling behalen?
  • Behavioral; beschrijven we waarneembaar gedrag?
  • Attainable; is de doelstelling haalbaar en realistisch?

Onder andere de verpleegkunde past het RUMBA-principe toe. Verpleegdoelen moeten voldoen aan de RUMBA-eisen.

A theory of goal setting

Dr. Edwin Locke en Dr. Gary Latham onderzochten jarenlang het stellen van doelen.9-7E. A. Locke & G. P. Latham (1990). A theory of goal setting and task performance. Englewood Cliffs, NJ: Prentice Hall. Ze identificeerden vijf elementen die nodig zijn om doelen te bereiken:

  1. Clarity; een doel moet specifiek en duidelijk zijn.
  2. Challenge; eenvoudige en een onbereikbare doelen zijn demotiverend.
  3. Commitment; de uitvoerders begrijpen en omarmen het doel vanaf het begin.
  4. Feedback; Koppel de resultaten voortdurend terug om op het goede spoor te blijven.
  5. Task complexity; Pas realistische tijdschema's toe en verdeel het proces in meerdere subdoelen.

7 ways games reward the brain

Onderzoek naar het succes van videospelletjes onthult zeven hoofdregels voor het realiseren van doelstellingen:9-8Tom Chatfield (2010) 7 ways games reward the brain - www.ted.com

  1. Meerdere lange- en kortetermijndoelstellingen; we vinden één doelstelling saai, maar meerdere doelstellingen vinden we leuk.
  2. Een snelle, duidelijke en regelmatige terugkoppeling van resultaten; we willen graag een direct verband zien tussen de ondernomen actie en de gevolgen daarvan.
  3. Beloning ontvangen voor onze inspanningen; Straf is niet iets waar we op zitten te wachten. We willen juist een schouderklopje voor onze pogingen om de doelstelling te bereiken.
  4. Het boeken van succes; succes stimuleert ons geheugen en geeft ons meer zelfvertrouwen. We leren veel meer en nemen meer uitdagingen aan.
  5. Honderd procent zekerheid is niet leuk; een beetje onzekerheid stimuleert veel meer.
  6. Maakt duidelijk dat we de beste zijn; symbolen, medailles, onderscheidingen, … laten anderen weten hoe goed we zijn.
  7. Het gaat om aanzien; we willen aandacht van andere mensen, de toeschouwers.

Vergelijking SMART, RUMBA, GOAL SETTING, 7 REWARDS

In tabel 9.2 vergelijken we deze vier methoden door overeenkomstige eisen te combineren en deze eisen te groeperen in drie onderwerpen: het doel, persoonlijke actie en groepsactie.

Tabel 9.2 Eisen aan doelen
Onderwerp  Smart   Rumba   Goal setting   7 rewards 
Beschrijving doel
Duidelijke, begrijpbare doelen
Afgebakend, specifiek doel
Meetbare doelen
Tijdgebonden
Beperkte complexiteit, haalbaar
Persoonlijke actie
Uitdagende, haalbare doelen met 80% kans op succes
Waarneembaar gedrag, toewijsbaar
Terugkoppeling vereist
Meerdere doelen tegelijkertijd
Groepsactie
Groepsondersteuning, loftuitingen
Beloning ontvangen
Symbolen voor succes

Uit deze combinatie van de vier methoden ontstaat een beeld van de eisen die we aan doelen stellen. Een doel moet duidelijk en begrijpelijk zijn. Verder moet het doel afgebakend en specifiek zijn. Bovendien moet een doel meetbaar zijn binnen een tijdsbestek. De complexiteit moet beperkt zijn, zodat het doel haalbaar is.

Personen die in actie komen om het doel te bereiken, stellen extra eisen die meer met de uitvoering te maken hebben, dan met het doel zelf. Ze willen dat de kans om het doel te halen rond de 80% ligt. Lager is demotiverend, hoger is te voorspelbaar en daardoor saai. Verder willen ze meerdere doelen tegelijkertijd realiseren, zodat er altijd zicht is op succes. De acties moeten toe te schrijven zijn aan een persoon en ook waarneembaar zijn. Voortdurende terugkoppeling is vereist om te begrijpen dat de gekozen koers goed is.

De uitvoerders willen dat de groepsleden hen ondersteunen, aanmoedigen, belonen en voorzien van symbolen van succes. Waardering ontvangen is een grote motivatie voor het behalen van succes.

De eisen aan het doel zijn specifieker te maken door de kennisfactoren als startpunt te nemen. Vanuit de kennisfactoren geredeneerd beschrijven we een doel als 1) deze persoon 2) wil deze toestand 3) bereiken 4) op dit tijdstip en deze plaats 5) voor deze beschouwingseenheden 6) met deze doorslaggevende kenmerken.

De eisen waaraan het doel vanuit deze gedachtegang moet voldoen zijn:

  • Het is duidelijk wie het doel wil bereiken.
    Een persoon of groep kiest een doel. Verandert de persoon of groep, dan verandert ook het doel en de route ernaartoe. Zonder verankering van het doel aan een persoon of groep hangt het doel in het luchtledige.
  • Een doel is meetbaar.
    We maken op een bepaald moment een of meerdere "foto's" en kunnen nagaan of het doel bereikt is. We kunnen de toestand op dat moment vaststellen. De termen waarmee het doel beschrijven zijn helder en duidelijk geformuleerd.
  • De routes naar het doel zijn af te bakenen en met elkaar te vergelijken.
    We onderscheiden activiteiten die ons nader bij het doel brengen.
    De routes brengen ons naar hetzelfde doel door we kunnen kiezen uit alternatieven. Zijn er geen alternatieven, dan zijn het ook geen routes.
  • We kunnen criteria afleiden uit de routes om de voortgang vast te stellen, waaronder de juistheid, tijdigheid en volledigheid van de activiteiten.
  • Het moment waarop we het doel willen bereiken, is vastgelegd. Indien van toepassing geldt dit ook voor de plaats.
    Het tijdstip en de locatie beschrijven we concreet mogelijk.
  • De kenmerken van de voorwerpen die we benutten liggen vast.
    We benoemen welke eigenschappen van beschouwingseenheden belangrijk zijn en prioriteit krijgen in de uitvoering.

De eisen die de uitvoerder stelt, komen bovenop de eisen aan het doel. De uitvoerder wil meerdere doelen tegelijkertijd bereiken, resultaat zien van zijn handelingen, regelmatig terugkoppeling krijgen en een kans van 80% op succes hebben. Daarnaast wil de uitvoerder ondersteuning van groepsleden, lofuitingen en beloningen ontvangen, en tekenen van succes zien. Deze aanvullende eisen beschrijven vooral de voorwaarden die de uitvoerder aan de activiteiten stelt, in plaats van aan het doel zelf.

Aan de hand van bovenstaande eisen onderscheiden we goede van slechte doelstellingen. Een voorbeeld van een foutief doel is: Het – ten behoeve van het management – analyseren, communiceren en vastleggen van de verzameling afspraken over de wijze waarop producten en diensten worden ontwikkeld, geproduceerd en aangeboden, alsmede het leggen van verbindingen met andere aspecten van de bedrijfsarchitectuur, in eerste instantie met informatievoorziening, competenties en organisatie-inrichting.9-9John Rassin, Gerrit-Jan Obers (2007) Ontwerpen met OMP 2007 Ordenings Methodiek Processen https://www.politieacademie.nl/kennisenonderzoek/kennis/mediatheek/PDF/67646.pdf

Waarom is dit foutief? De hoofdredenen zijn:

  • Het doel is niet meetbaar. Als we een foto op een moment maken, is niet vast te stellen of we het doel bereikt hebben.
  • De marsroutes naar het doel niet zijn af te bakenen. We kunnen niet vaststellen of we voortgang boeken.
  • We geen criteria kunnen op te stellen om vast te stellen welke activiteiten leiden tot het doel. De formulering is zo vaag dat we alle uitgevoerde activiteiten onder het doel kunnen scharen. Wat is bijvoorbeeld “verbindingen met andere aspecten van de bedrijfsarchitectuur”? Door het ontbreken van criteria is de juistheid, tijdigheid en volledigheid van de activiteiten niet te toetsen.

Deze foutieve doelformulering is slechts een voorbeeld. De managementliteratuur staat vol met ontoetsbare doelformuleringen.

Opmerkelijk aan de bovenstaande eisen is dat de belangrijkste vraag ontbreekt: welk doel kiezen we? Kunnen we eisen stellen aan het gekozen doel? En waarom krijgt dit doel voorrang boven andere doelen? Bestaat het doel uit meerdere subdoelen, en hoe combineren we deze subdoelen om het uiteindelijke doel te bereiken? Zijn hier regels voor op te stellen? Hoe brengen we de inhoudelijke, persoonlijke en groepsdoelen in lijn met elkaar en versterken we ze, zelfs als er inherente tegenstrijdigheden zijn? Deze lijst met vragen kunnen we veel groter maken, maar het punt is duidelijk: aan het stellen van doelen kunnen we meer eisen stellen dan we denken. Over deze extra eisen is nog niet veel nagedacht.

Classificaties van soorten doelen zijn er in overvloed, maar verhandelingen over doelkeuzes zijn schaars. De gebruikelijke indeling in soorten doelen, zoals cognitieve (kennis, begrip, toepassing, analyse en reflectie), affectieve (aandacht, interesse, waardering, empathie en houding), motorische (meedoen, nadoen, vanzelf doen, voordoen, zelf doen), sociale (contact, afspraak, relatie, coöperatie en team), is een classificatie van doelen, die niet geënt is op routes naar een doel. Hoewel deze doelen goed opgebouwd lijken, vallen ze bij nader onderzoek vaak door de mand. Zie voor de onderbouwing hiervan hoofdstuk 27.14 Taxonomie van Bloom.

Vorige pagina Volgende pagina Inhoudsopgave

Comments